| Aantekeningen |
Getrouwd:
- Hij is getrouwd te 's-Gravenhage op 26 december 1644 (Kloosterkerk) (1) met Diewertge Gardenier, afkomstig van 's-Gravenhage, overleden voor 1681
met (2) Willemina van der Hulst, ten tijde van haar huwelijk wonend te 's-Gravenhage "maar ook hier (=Monster) hebbende vaste wooninge".
(Zij was weduwe van Johan van Spangien, schout, wonend te 's-Gravenhage maar ook te Monster.)
Willem Boers wordt vermeld als concierge-generaal van de Prins van Oranje en van de graaffelijkheid van Holland. Voorts werd hij gewezen solliciteur-militair van de graaf van Hornes genoemd (GA 's-Gravenhage NA nr. 275 dd. 15-10-1663).
Op 30-1-1681 maakt hij een accoord met zijn zoons James, Godert en Gillis betreffende de nalatenschap van hun moeder en bepaalt dat zij gehouden zijn na hun vaders overlijden aan Juffr. Willemina van der Hulst, hun toekomstige stiefmoeder een jaarlijkse uitkering te doen.
Vervolgens wordt op 20-6-1681 de boedelinventaris opgesteld (GA 's-Gravenhage NA nr. 372). Er waren "roerende als onroerende zaken, gelegen in den Haag, zowel als tot Monster op de woning genaamd de Hogewerff". Deze inventaris brengt de beschouwer in contact met een aanzienlijke boedel. Er zijn vele schilderijen. Het behangsel wordt afzonderlijk genoemd. Op de Hogewerff onder Monster bevond zich "een groote caerte daer den Haegh in staet". Ook was er een zee-atlas. Het huis had een torenkamer. Tot de boerderij behoorden twintig koeien, een stier, wagen, ploegen en sjezen. Voorts waren er zes paarden. Vermeldenswaard is ook deze post: "de pallesaden staende om de diergaerde tot Hondelaerdijck moet bij sijn hoogheyt betaelt worden ter somme van twee duysent twee hondert gulden".
Op 26-2-1690 is Willem Hendrik Boers doopgetuige van de doop van zijn kleinzoon Hendrik Boers, hij wordt dan genoemd als "Konsergie van sijn Koninklijke Maijesteijt van Groot Brittangne
|
Stamboom Vennik
Mannelijk
Vrouwelijk