Stamboom Vennik

Print Voeg bladwijzer toe
Haasje van Loon

Haasje van Loon

Vrouwelijk ca. 1589 - 1661  (~ 72 jaar)

Generaties:      Standaard    |    Compact    |    Verticaal    |    Alleen tekst    |    Register    |    Tabellen    |    PDF

Generatie: 1

  1. 1.  Haasje van LoonHaasje van Loon is geboren circa 1589; is gestorven op 1 jul 1661 in Zwammerdam; is begraven op 7 nov 1661 in Zwammerdam.

    Haasje is getrouwd met Johannes Andreas Koenerding in 1624 (civil). Johannes (zoon van J.A.J. Koenerding) is geboren circa 1590; is gestorven op 14 jun 1657 in Zwammerdam; is begraven in Zwammerdam. [Gezinsblad] [Familiekaart]

    Kinderen:
    1. 2. Annetie Jansdr Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren circa 1624.
    2. 3. Steven Jansz Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren circa 1628 in Gronau, Duitsland; is gestorven op 2 jun 1681 in Amsterdam; is begraven op 7 jul 1681 in Zwammerdam.
    3. 4. Georgius Jansz Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren circa 1629; is gestorven in 1657 in Gouda.
    4. 5. Johannes Jansz Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren in 1632 in Gronau, Duitsland; is gestorven in 1705; is begraven op 15 dec 1705 in Amsterdam.


Generatie: 2

  1. 2.  Annetie Jansdr KoenerdingAnnetie Jansdr Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (1.Haasje1) is geboren circa 1624.

  2. 3.  Steven Jansz KoenerdingSteven Jansz Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (1.Haasje1) is geboren circa 1628 in Gronau, Duitsland; is gestorven op 2 jun 1681 in Amsterdam; is begraven op 7 jul 1681 in Zwammerdam.

    Steven is getrouwd met Marretje Adriaansdr in 1650 (civil). Marretje is gestorven in 1690; is begraven op 9 nov 1690 in Zwammerdam. [Gezinsblad] [Familiekaart]

    Kinderen:
    1. 6. Adriaan Stevensz Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren circa 1651 in Zwammerdam; is gestorven op 9 mei 1710 in Amsterdam.

  3. 4.  Georgius Jansz KoenerdingGeorgius Jansz Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (1.Haasje1) is geboren circa 1629; is gestorven in 1657 in Gouda.

    Aantekeningen:

    KOENERDING (Georgius), geb. in het graafschap Steinfurt, waarschijnlijk te Gronau, omstr. 1629, overl. te Gouda 1657. Hij was een zoon van Johannes Andreas (zie beneden) met wien hij in zijn prille jeugd naar Holland gekomen was. 3 Juni 1649 nam hij als ‘studiosus’ voor het eerst deel aan het H. Avondmaal in de kerk der Remonstranten te Amsterdam. In hetzelfde jaar werd hij proponent bij de Remonstrantsche Broederschap en als zoodanig in 1650 naar Kampen gezonden om de verdrukte gemeente aldaar tijdelijk te bedienen. Hijzelf werd het slachtoffer der vervolging en van 30 Oct. 1650 tot 22 Jan 1651 door den stedelijken magistraat gevangen gehouden, waarna hij bovendien nog de hem opgelegde boete van ƒ 200 moest betalen. In 1652 werd hij beroepen te Gouda, waar hij de remonstrantsche gemeente bediende naast Johannes Henrici Ouwens, doch reeds na vijf jaar op nog jeugdigen leeftijd overleed.
    Van hem zijn eenige brieven en papieren bewaard gebleven, vooral betrekking hebbende op zijn gevangenschap te Kampen.
    Zie over hem: Tideman en Rogge, De Remonstrantsche Broederschap, 1905; Catalogus van handschriften op de bibliotheek der Remonstr.- geref. gemeente te Rotterdam (door Rogge en Tiele, 1869) nr. 334 en 1367; en J. Tideman, Iets van de geschiedenis der Remonstranten te Kampen uit 1650 in Vadert. Letteroefeningen 1873, 1e dl., 279 vlg., waar de brieven uit zijn gevangenschap aan zijn ouders en zijn broeder Johannes, alsook de rekesten van zijn vader en van hemzelf aan den kampenschen magistraat zijn afgedrukt; in een dier brieven (blz. 288) doet hij verslag van zijn eerste verhoor, waaruit o.a. zijn leeftijd en geboorteplaats blijkt. Het geheele beloop der kampensche wederwaardigheden werd nog eens uitvoerig besproken en met nieuwe bescheiden aangevuld door J. Nanninga Uitterdijk in Bijdragen tot de Geschiedenis van Overijssel I (Zwolle 1874), 193-210.


  4. 5.  Johannes Jansz KoenerdingJohannes Jansz Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (1.Haasje1) is geboren in 1632 in Gronau, Duitsland; is gestorven in 1705; is begraven op 15 dec 1705 in Amsterdam.

    Aantekeningen:

    KOENERDING (Johannes of Jan) (1), geb. waarschijnlijk te Gronau in het graafschap Steinfurt omstr. 1632, begraven te Amsterdam 15 Dec. 1705. Hij schreef zijn naam ook Conerding, Koenderding, Koenerdingh; zijn vader was de zwammerdamsche predikant Johannes Andreas K. (zie beneden). Op het eind van 1650 vinden wij hem te Amsterdam, ten huize van den chirurgijn Isaack Lambertse Barrevelt ‘achter de Zuyder kerck op de Breestraet’, waarheen zijn broeder Georgius (zie boven) zijn brieven adresseerde. Vermoedelijk was Johan bij dezen heelmeester in de leer. 22 Oct. 1653 deed hij zijn proef en werd hij in het amsterdamsche chirurgijnsgilde opgenomen, waarvan hij tusschen de jaren 1664 en 1696 vijf maal overman is geweest. Als zoodanig is hij met zijn medebestuursleden van het jaar 1679-80 geportretteerd door Nicolaes Maes (Rijksmuseum). Gedurende de winters 1669-70 tot 1671-72 behoorde hij tot de regenten van den schouwburg; van 1687 tot 1688 waren hij en David Lingelbach de laatste huurders van den schouwburg.
    Als dichter trad Koenerding in 1658 op met een bundeltje, getiteld: Landt-Levens-Lof, aen Jufvrouw Petronelle Kats door J.K. Met eenige Byveersen, van verscheyde Poeten (Amst. 1658). Vooral van belang zijn daarin de ‘byveersen’, blijkbaar bijdragen in K.'s album amicorum door verschillende vermaarde letterkundigen, waaraan zijn antwoorden en soms geheele berijmde gedachtenwisselingen zijn toegevoegd; inzonderheid een gedichtje van Vondel gaf aanleiding tot een uitgebreiden twist. Voorts komen gedichten van zijn hand voor in: Apollos Harp (Amst. 1658) en in Bloemkrans van Verscheiden Gedichten (Amst. 1659). Vermoedelijk in 1660 gaf hij afzonderlijk uit: Onverwachte val van Carolus Gustavus. Der Sweeden Gotten en Wenden Coningh. z. pl. en j. (Pamfl. Knuttel no. 8284). In handschrift is bewaard zijn gedicht in het album amicorum van Joan Blasius (Univ.-Bibl. Amsterd.), gedateerd 3 Juni 1663 (zie Het Boek 1923 blz. 126).
    Voor den amsterdamschen schouwburg bewerkte K. twee blijeindende spelen: Amalazonte (1667) en De mildadige minnaer en kuische slavin (1668), vermoedelijk beide naar fransche voorbeelden; hij was een medestander van Blasius in diens strijd tegen Nil Volentibus Arduum.
    Koenerding ondertrouwde 3 Oct. 1659 ‘oud 27 jaer’ te Amsterdam met Maria Jurriaens Uttermarck. Indien hij bedoeld is met Johannes Kennerdinck, die 3 Sept. 1671 voor het eerst deelnam aan het H. Avondmaal in de kerk der Remonstranten te Amsterdam, zou hieruit blijken dat hij zich langen tijd ver had gehouden van het kerkelijk leven, hetgeen met het oog op den inhoud van zijn dichtwerk allerminst onwaarschijnlijk kan heeten. De lijst in het archief der remonstr. kerk die deze aanteekening bevat geeft daarbij als zijn adres op ‘tot de glasemaker Piron’. Hij zal toen weduwnaar zijn geweest en ondertrouwde ten tweeden male met Anna Eggertsz van Wasse, weduwe van Ds.Nicolaes Beets, in leven predikant te Knollendam. Uit het eerste huwelijk is bekend een dochter Haasie Koenerding, 29 Aug. 1686 aan het Avondmaal bij de Remonstr. vermeld.
    Zijn portret komt voor op het reeds genoemde schilderij der overlieden van het chirurgijnsgilde van 1680 door Nic. Maes in het Rijksmuseum te Amsterdam.
    Over hem zie: Gedichten van Vondel, uitg. v. Lennep VII, 695; C.N. Wijbrands, Het Amsterd. tooneel 149, 229 v.; J.A. Worp, Drama en Tooneel II, 124, 314, 319; dez., Repertoire van den Amsterd. Schouwb. (hs. Bibl. Mij. Ned. Lett. Leiden); J. te Winkel, Ontwikkelingsgang d. Ned. Lett. III, 23 v., 34, 101 v.; Fr. Kossmann, Mr. Johan Koenerding's letterkundige betrekkingen in Het Boek (1923) 113-126; Arch. Remonstr. Kerk en Stedel. Arch. te Amsterdam.

    Gezin/Partner: Maria Jurriaens Uttermarck. [Gezinsblad] [Familiekaart]

    Kinderen:
    1. 7. Haasie Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven

    Gezin/Partner: Anna Eggertsz van Wasse. [Gezinsblad] [Familiekaart]



Generatie: 3

  1. 6.  Adriaan Stevensz KoenerdingAdriaan Stevensz Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (3.Steven2, 1.Haasje1) is geboren circa 1651 in Zwammerdam; is gestorven op 9 mei 1710 in Amsterdam.

    Andere gebeurtenis soorten en attributen:

    • Beroep: Chirurgijn

    Aantekeningen:

    KOENERDING (Adriaan) (1), geb. te Zwammerdam in 1651, overl. te Amsterdam 9 Mei 1710. Zijn vader heette Steven en was waarschijnlijk de oudste zoon van Johannes Andreas K. (zie beneden). 31 Dec. 1671 werd hij in het gildeboek der chirurgijns te Amsterdam ingeschreven, sinds omstreeks 1677 was hij als chirurg verbonden aan het St. Pieters Gasthuis aldaar. Hij was ook ‘opsiender’ bij de Remonstrantsche gemeente in dezelfde stad.
    Hij schreef: Nuttige beschrijving van het heet en koud vuur. Neffens het afsetten van Scheen en Kuyt Beenderen (Amst. 1698; 2e druk met aanteekeningen door J.v. Wijk Rotterd. 1739).
    Den eersten Juli 1672 komt ‘Mr. Adriaen Coenerdinck chirurgijn’ voor in het register van hen die voor het eerst aan het H. Avondmaal in de remonstr. kerk te Amsterdam deelnamen, tegelijk met ‘Steven Coenerdinck chirurgijn en Marretje Adriaens sijn huijsvrou’, hoogst waarschijnlijk zijn ouders, die zich toen wellicht sedert kort te Amsterdam hadden gevestigd. Steven overleed voor 1683 blijkens de inschrijving 28 Nov. van dat jaar in hetzelfde register van ‘Joris Koenerding, zoon van zalr. Mr. Steven K.’, genoemd naar zijn jong gestorven oom Georgius (zie dat art.); 26 Febr. 1687 vindt men daar nog een Haasien Stevensz. Koenerding.
    Den 9. Maart 1676 ondertrouwde Adriaan met Lysbeth of Elisabeth van Keulen. Kinderen uit dit huwelijk zijn: Maria, die 31 Mei 1698 voor het eerst aan het avondmaal verscheen (een andere Maria K. huisvr. van Rombout van Hoogstraten wordt daar genoemd 27 Juli 1725, zij zal een dochter van Joris K. zijn geweest); Johan (2), over wien beneden afzonderlijk; Elisabeth, ged. 13 April 1682, aan het avondmaal 1 Maart 1702, tezamen met haar broeder Joannes als ‘kinderen van onse mede opsiender Adr. K.’ vermeld; Magdalena, ged. 19 Juli 1685.
    Zie: Archief der Remonstr. kerk (aanteekeningen van Dr. P. Leendertz Jr.) en Gemeentearchief, Amsterdam; Catalogus der boekerij der Nederl. Maatsch. t. bevord. d. geneesk. te Amsterdam.

    Adriaan is getrouwd met Elisabeth van Keulen op 6 mrt 1676 (civil) in Amsterdam. Elisabeth is geboren in 1642; is gedoopt op 14 sep 1642 in Amsterdam; is gestorven in 1690; is begraven op 9 nov 1690 in Zwammerdam. [Gezinsblad] [Familiekaart]

    Kinderen:
    1. 8. Elisabeth Andreasdr Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren circa 1675.
    2. 9. Johannes Andreas Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren in 1678 in Amsterdam; is gedoopt op 25 jul 1678 in Amsterdam; is gestorven op 9 jun 1735 in Amsterdam.

  2. 7.  Haasie KoenerdingHaasie Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (5.Johannes2, 1.Haasje1)


Generatie: 4

  1. 8.  Elisabeth Andreasdr KoenerdingElisabeth Andreasdr Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (6.Adriaan3, 3.Steven2, 1.Haasje1) is geboren circa 1675.

    Gezin/Partner: Hendrik de Franse. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 9.  Johannes Andreas KoenerdingJohannes Andreas Koenerding Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven (6.Adriaan3, 3.Steven2, 1.Haasje1) is geboren in 1678 in Amsterdam; is gedoopt op 25 jul 1678 in Amsterdam; is gestorven op 9 jun 1735 in Amsterdam.

    Andere gebeurtenis soorten en attributen:

    • Beroep: Chirurgijn

    Aantekeningen:

    KOENERDING (Johannes of Jan) (2), ged. te Amsterdam bij de Remonstranten 25 Juli 1678 met de namen Johannes Andreas, overl. aldaar 1735 (begr. 9 Juni). Hij was een zoon van Adriaan (1) en evenals deze chirurgijn, in welke hoedanigheid hij 15 Juni 1700 in het gildeboek werd ingeschreven. 1 Maart 1702 verscheen hij voor het eerst aan het H. Avondmaal in de Remonstr. kerk, tegelijk met zijn zuster Elisabeth. In 1716 behoorde hij tot de vijf overlieden van het chirurgijnsgilde, geschilderd door Arnold Boonen.
    Naar alle waarschijnlijkheid is hij de bewerker van twee op den amsterdamschen schouwburg gespeelde kluchten: Krispyn, medevryer van zyn heer (1717, herdrukt 1750 en 1784); De schrandere gek of de groote Alexander (1719).
    Hij is twee maal gehuwd geweest; 23 Oct. 1706 ondertrouwde hij te Amsterdam met Bregitta de Bosch, 13 Juni 1721 aldaar met Adriana van Hoorn. Een zoon uit het tweede huwelijk is Adriaan (2). Elisabeth Coenerdingh ‘jonge dochter oud 18 jaaren’, die 30 Nov. 1729 aan het H. Avondmaal wordt vermeld, kan een dochter uit Jan's eerste huwelijk zijn, zij zou dan heeten naar haar grootmoeder; mogelijk is zij dezelfde vrouw, die 5 Oct. 1731 ondertrouwde met Jan van Marten uit Weesp, en als diens weduwe 12 Sept. 1738 met Johannes Schuurman uit Emden, oud 26 jaar.
    Een derde Mr. Jan Coenerdingh zij hier volledigheidshalve vermeld, wiens dochter Paulina oud 19 jaar op 1 Sept. 1788 in het register van het H. Avondmaal te Amsterdam voorkomt. In de gildeboeken der chirurgijns is deze Jan niet te vinden; mogelijk was hij een kleinzoon van Jan (2).
    Een portret van Jan (2) komt voor op het reeds genoemde schilderij der overlieden van het chirurgijnsgilde van 1716 door Arnold Boonen in het Rijksmuseum te Amsterdam.
    Zie over hem: J.A. Worp, Gesch. v. Drama en Tooneel II, 314, 319; Fr. Kossmann, Mr. Johan Koenerding's letterk. betrekkingen in Het Boek 1923, blz. 119 noot; verdere gegevens uit het Gemeentearchief en kerkel. arch. der Remonstr. te Amsterdam.

    Johannes is getrouwd met Adriana van Hoorn op 13 jun 1721 (civil) in Groot-Ammers. Adriana is geboren in 1693 in Amsterdam; is gedoopt op 22 jan 1693 in Amsterdam. [Gezinsblad] [Familiekaart]

    Kinderen:
    1. 10. Adriaan Jansz Koenerding  Nakomelingen tot dit punt grafisch weergegeven is geboren op 19 nov 1722 in Amsterdam; is gedoopt op 22 nov 1722 in Amsterdam; is gestorven op 9 nov 1820 in Gelkenes.