Liedeweij Dirksdr de Hoogh

Liedeweij is getrouwd met Gerrit Jacobsz van der Kooy, Kooij op 5 feb 1640 (religious) in Delft. Gerrit (zoon van Jacob Pleunensz van der Kooy, Kooij en Hilletge Joostensdr van der Hoeff) is geboren in 1608 in Delfgauw; is gestorven op 5 jul 1677 in Hof van Delft. [Gezinsblad] [Familiekaart]

1. Leentje Gerritsdr van der Kooy, Kooij is geboren in 1640; is gedoopt op 13 okt 1640 in Delft; is gestorven in 1640.
2. Leentje Gerritsdr van der Kooy, Kooij is geboren in 1641; is gedoopt op 17 nov 1641 in Delft.
3. Jacob Gerritsz van der Kooy, Kooij is geboren in 1643 in Delfgauw; is gedoopt op 19 aug 1643 in Delft; is gestorven in Pijnacker.
4. Marijtje Gerritsdr van der Kooij is geboren in 1645 in Delfgauw; is gedoopt in 1647 in Delft.
5. Neeltje Gerritsdr van der Kooy, Kooij is geboren in 1645; is gedoopt op 16 aug 1645 in Delft; is gestorven op 18 nov 1721 in Pijnacker.
6. Dirck Gerritsz van der Kooy, Kooij is geboren in 1649; is gedoopt op 21 nov 1649 in Delft.
7. Leentje Gerritsdr van der Kooy, Kooij is geboren in 1650; is gedoopt op 26 dec 1650 in Delft; is gestorven in 1651.
8. Leentje Gerritsdr van der Kooy, Kooij is geboren in 1652; is gedoopt op 7 aug 1652 in Delft.
9. Dirck Gerritsz van der Kooy, Kooij is geboren in 1656; is gedoopt op 6 jun 1656 in Delft; is gestorven in 1728 in Pijnacker.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• Vermelding: Welgeboren man van Delfland

Dirck is getrouwd met Ariaentgen van der Houff (van der Hoeve) in 1618 (civil). Ariaentgen (dochter van Gerrit Lenaertsz van der Hoeve en Leentje Cornelisdr) is geboren in 1598; is gestorven in 1671 in Hof van Delft. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Jacob is getrouwd met Trijntgen Sijmensdr in 1580 (civil). Trijntgen is geboren in 1560. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

kerkmeester te Pijnacker, wonende te Clapwijk

Gerrit is getrouwd met Leentje Cornelisdr. Leentje is geboren in 1575. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Lenert, welgeboren man, tr 1. Hillegont Claes, d.v. Claes Cornelis en Belij Claes, [zie in kw Dijkxhoorn], tr 2. Maritge Jans van Ruijven, Delft begr 22-12-1610, d.v. Jan Dirck Symons en Grietge Claes.

Lenert woonde in Delfgauw onder Hof van Delft, gezworene en ambachtsbewaarder van Hof van Delft, collecteur van de verpondingen van 't Hof van Delft. Hij had als titel welgeboren man van Delfland.
Lenert was een actieve man omdat hij ook was opzichter van de school te Delfgauw en achteman van de Zuidpolder.
Hij werd ook Lenaert , Leendert van der Houve en Houff genoemd.
Lenert pacht in 1550 20 morgen 3 hond pacht van het Oude Gasthuis te Delft. Dit stuk grond vormt gedurende zijn leven de kern van zijn bestaan.
Lenairt Gerritsz van Delfgau betaalt op 23-03-1558 aan de Nieuwe Kerk te Delft 5 st 6 p voor een stalkaars, waarschijnlijk voor het zieleheil van zijn vrouw Hillegont.
Zijn bezit groeit gedurende zijn leven. In 1553 bezit hij een huis 'sonder gront' en de helft van 3,5 morgen waarvan hij de helft pacht van Lijsbeth Vrancken te Delft.
Bij zijn overlijden in 1608 laat hij 37 morgen 2 hond 50 roede land na. Hiervan zal bijna 27 morgen gediend hebben als uitbreding van van zijn land maar percelen in Hoogeveen (Nootdorp), Zouteveen en een stuk leenland in Maasland zal gediend hebben als belegging.
In het najaar moet Lenert met zijn gezin vluchten als zijn land gevolg van de inundatie onder water komt te staan. Hij zoekt dan toevlucht in het ambacht Dorp, waar hij samen met Vranck Joosten, voor een zacht prijsje de desolate boedel van Jan Thonis van Dijck overneemt, bestaande uit een woning met 24 morgen bruikwaar van de heer van Spangen, 4 morgen van ed erven van Jan Anthonisz en nog eens 2 morgen van de kerk van Schipluiden. Zijn verlaten land blijft jaren onbruikbaar, wat de reden voor de gasthuismeesters was om hem tot en met 1578 vrij te stellen van pacht. In september 1581 wone ze nog steeds in het Schipluiden (Dorp).
In het verzweerboek van 1589 is er nog sprake van van ruim 3 morgen land 'waarop zijn wonong staat'. Omdat de woning niet meer bewoonbaar is, vraagt Lenert - en krijgt toestemming - van de gasthuismeesters dat hij 'sal mogen timmeren opt gasthuijsgront welcke timmeraels als huijssens schuijeren barghen nijet uijtgesondert sal t gasthuijs in toecomende tijt so verre zij inde vordere huijere nijet commem accorderen en haer morghen nemen voor die somme van neghen hondert ponden van XL grooten'.
Die overname van de nieuwe boerderij door het gasthuijs vindt plaats als de kinderen van zijn oudste zoon Gerrit de overeengekomen 900 gld verkopen.
Nadat Lenert met zijn gezin teruggekeerd is naar Delfgauw in 1582 wordt de boerderij ook aangehouden. Lenert betaaldt daar de pacht tot zijn zoon Cornelis die in 1588 overneemt.
Door zijn beide huwelijk komt Lenert in contact met de 'betere kringen'in Delft. Belij Claesd was de broer van de Delftse burgemeester Adriaen Claesz, wiens kinderen van Adrichem droegen. Lenerts 2de huwelijk bezorgde hem ook de nodige connecties.
In de jaren'80 en 90 raakt Lenert verwikkeld in processen o.a. namens de rest van de familie over de erfenis van Pieter en Hillegont.
Als Lenerts in 1578 het huis 'De dubbele Muts' koopt, vergeet de koper te vermelden dat er een zware hypotheek op huis rust. In 1584 laat een vorige eigenaar beslag leggen op het huis en per decreet verkopen. Het gerecht van Delft doet uitspraak op 29-09-1585 ten gunste van Lenert maar 3 jaar later is hij nog steeds bezig de proceskosten op de tegenpartij te verhalen.
In 1576 kopen mensen een boerderij met Lenert is borg; ook hier blijken de eiegndommen belast met stokoude opcenten; het proces hierover sleept zich 19 jaar voor.
Op 14-01-1607 is Lenert nog kloek en gezond als hij samen met zijn vrouw een testament laten opmaken bij notaris Overgauw (neef van de vrouw).
De jongste zoon Mees blijkt niet met geld te kunnen omgaan, wat in een verklaring staat van notaris Overgauw die Lenert en Maritgen in 1604 overleggen; zij bepalen dat Mees zijn erfdeel pas zal krijgen als er afgerekend is met zijn schulden broers en zussen en borgtochten zijn afgelost. Er volgen meerdere regelingen voor Mees.
Grietgen krijgt in het testament dat ze haar erfenis krijgt onder aftrek van het geld wat ze bij haar trouwen heeft gekregen. Wat er overblijft blijft onder het beheer van haar broers behalve Mees. Dat is meer geregeld vanwege Grietgens 2de man.
Op 25-09-1608 vragen en krijgen Lenert and Maritgen consent van de landgifter van Hof van Delft om te mogen disponeren van 3/12de van hun grondbezit aldaar. Het is daar niet van gekomen om het in een testament vast te leggen want Lenert overlijdt 3 weken daarna.
Na anderhalf jaar is hun testament zo goed als afgewikkeld als er problemen zijn over de innocente zoon Claes. Om de problemen op te lossen worden er 6 voogden benoemd, waarvan alleen Dirck en Cornelis dit te accepteren. De anderen komen niet opdagen zelfs niet na een dagvaarding. Daarna wordt de uitkoop geapprobeerd mits de moeder dat bedrag (2300 gld) behoorlijk zal verzekeren en de jaarlijkse rente ten goede komt aan zijn onderhoud ten goede zal komen.
Als in december ook de moeder overlijdt, volgt in 1611 de afwikkeling van haar nalatenschap. Op 16 feb 1611 wordt haar grondbezit onder Hof van Holland getaxeerd op 16.000 gld en vervolgens vekaveld.

Leendert is getrouwd met Hillegont Claesdr Overgauw in 1535 (civil). Hillegont (dochter van Claes Cornelisz op de Overgauw en Belij Claesdr van Adrichem) is geboren circa 1527; is gestorven circa 1557. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

http://www.benwilbrink.nl/genealogie/hoeven.htm

Gerrit is getrouwd met Ariaantje Meeusdr de Backer in 1515 (civil) in Vlaardingerambacht. Ariaantje (dochter van Meeus Willemsz de Backer en Maritge) is geboren circa 1500 in Vlaardingerambacht; is gestorven op 23 nov 1562. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Wapen: een slang in krakelingvorm. Helmteken idem, kwam voor op het graf van notaris Harmen Cornelisz van Overgauw, gestorven 1619. (OV 1972 bl 83.) , Zijn naam kwam voor in de 10de penning van Hof van Delft 1543 en 1555

Claes Cornelisz bezat 26 mergen eijgen land met huys en werf daer inbegrepen gelegen aan de Delfgauwseweg in de Hoefslag Oude Laen (10e penning Hof van Delft 1543 RAZH Archief Staten van Holland fol 119 vso 121 en 125 vso
Cornelis is overleden voor 1555.

Claes is getrouwd met Belij Claesdr van Adrichem in 1524 (civil) in Delfgauw. Belij (dochter van Nicolaas Adriaensz van Adrichem en Machteld Claes Franckendr van den Bergh) is geboren in 1495; is gestorven in 1584. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Meeus is getrouwd met Maritge in 1500 (civil) in Vlaardingen. Maritge is geboren circa 1470 in Vlaardingen. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Cornelis is getrouwd met Hilletgen. Hilletgen is geboren circa 1460; is gestorven circa 1522. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Nicolaas is getrouwd met Machteld Claes Franckendr van den Bergh in 1498 (civil). Machteld (dochter van Claes Franckenz van den Bergh en Geertruijdt Dircksdr Sasbout) is geboren circa 1485; is gestorven op 27 feb 1532. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Adriaen is getrouwd met Aeghjen van Crooswijck in 1456 (unknown). Aeghjen is geboren circa 1435. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Claes is getrouwd met Geertruijdt Dircksdr Sasbout circa 1470 (civil). Geertruijdt (dochter van Dirk Dircksz Sasbout en Sophia van Segwaert) is geboren in 1447; is gestorven op 13 okt 1519 in Delft. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Ambachtsbewaarder van Zegwaart

Aantekeningen:

‘scholaster’ in Noordwijk, woonde in Noordwijkerhout

Claes is getrouwd met Lijsbeth Claes Franckendr van den Berg. Lijsbeth is geboren circa 1415. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Vranck is getrouwd met Maria Claesdr van Adrichem in 1445 (civil). Maria (dochter van Claes Florisz van Adrichem en Aleid Boudewijnsdr van Tetrode) is geboren in 1427. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

De parenteelstaat van Dirrick Sassebout en Fytge
(Centraal Bureau voor Genealogie, handschriften voor 1800, Sasbout) vermeldt:
"Dirrick Sassebout wonende tot Soetermeer, hij starrif anno 1400 [lees 1480] out siende 61 jaren, zijn huysvrou Fytge starrif anno 1476 out weesende 53 jaren, den eersten sonnedach in augusty [= 4 aug. 1476] is
zij gestorven, ende leggen beyde begraven tot Soetermeer voor het coer".

Simon van Leeuwen, Batavia illustrata, 1685, p. 1107, vermeldt:
"Dirk Sasbout, Knape, getrout met Sophia van Segwaart, beyde begraven tot Soetermeer, onder een groote sark, met haar-luyder Wapen daar op gehouwen, leefde anno 1454, hij stierf anno 1480 en sij anno 1476".

In een afschrift van 9 aug. 1721 van een afschrift van 30 okt. 1649 van een afschrift van 27 nov. 1620 van een oorkonde van 16 nov. 1620 (Hoge Raad van Adel, archief van de familie Van der Dussen, nr. 497) is sprake van:
"Dirk Sasbout ende Sophia Dirkz sijn huysvrouwe, beyde begraven tot Soetermeer sulkzbij den inhoude van de sarke genoegsaem bekent is, in de kerke aldaer voor den dorpel des choors nog tegenwoordig leggende".

Overleden:
“Dirk Sasbout, knape, getrout met Sophia van Segwaart, beyde begraven tot Soetermeer, onder een groote sark, met haarluyder wapen daar op gehouwen, leefde anno 1454, hy stierf anno 1480 en sy anno 1476."

Dirk is getrouwd met Sophia van Segwaert in 1445 (civil). Sophia (dochter van Dirck van Segwaert) is geboren in 1423 in Zoetermeer; is gestorven op 4 aug 1476 in Zoetermeer; is begraven in 1476 in Zoetermeer. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Overleden:
Zij is begraven bij haar man met haar wapen op de grafzerk.

Familiewapen Van Segwaert
Wapen.: Gevierendeeld: I en IV in zilver een zwarte jachthoorn; II en III in goud een gebogen rode schuinbalk.
Wapenvoerder: Meijert van Segwaert

Oud Raad van Dordrecht 1676.
CBG, 1.7.2, Wapenkaart: Wapenen der Ed. Groot-Achtbre Heeren; de Heeren: Schout, Borgermeesteren, Schepenen, Oud-Raden, Secretarissen: Ende Goede Luijden vanden Achten, der Stadt Dordrecht, den 14de Julij 1676.