| Aantekeningen |
- DEWILMCKEBREEK ookwel genaamd "HET MEERTJE".
uit:De Croosduyker - Bulletin van de Oudheidkundige vereniging Landsmeer - Jaargang 12, nummer 23
van: www.oudheidkundigevereniginglandsmeer.nl
Deze kleine polder dankt zijn naam aan Willem VI, graaf van Holland, wiens hulp en gezag werd ingeroepen toen in 1406 de Waterlandse zeedijk bij Kadoelen doorbrak en de Heemraden van Waterland en Kennemerland het niet eens konden worden over de verdeling van de dijkplicht, die aan elk dezer waterschappen moest worden opgelegd. Maar ook tevoren had de Graaf bij openbare brief alle dorpen van Waterland en Kennemerland en omgeving opgeroepen en gelast op een bepaalde dag op de dijk te verschijnen, tot herstel van deze waterkering.
Op 10 Juni 1813 werd bij het Bureau van Enregistrement te Amsterdam ingeschreven het registratierecht betreffende de verkoop van de Wilmckebreek door Sebastiaan Breuking, kantoorbediende te Amsterdam, aan Nicolaas Dekker, huisman te Landsmeer. Deze Nicolaas Dekker trad meer dan eens als een soort makelaar op en ook in dit geval was het blijkbaar de bedoeling de boerderij spoedig weer van de hand te doen hetwelk dan ook 27 September 1815 gebeurde, toen de transportacte werd gepasseerd voor Notaris Gerrit de Ruyter te Broek in Waterland (Notariaal Archief 452 acte 120). De acte werd gepasseerd in de herberg Het Rode Hart te Buiksloot en vermeldt als omschrijving een Huismanswoning 28 morgen land binnen zijn eigen bedijking genummerd 63, een wind-watermolen alsmede nog 585 roeden oud land. De nieuwe eigenaar werd Jacob Vennik, korenmolenaar te Koedijk, die er fl. 2900,- voor betaalde. Ter toelichting diene nog dat Jacob Vennik de molenaar was die in 1799 de korenmolen kocht die toen op het Tuinpad te Landsmeer stond, doch die in de storm van November 1800 is omgewaaid en niet meer opgebouwd wegens gebrek aan geldelijke middelen. Ook thans kon Jacob Vennik niet over de benodigde middelen beschikken, want hij moest een gelijk bedrag als de koopsom als hypotheek opnemen. Aanvankelijk heeft Jacob Vennik de boerderij zelf in exploitatie genomen, maar toen de korenmolen in bedrijf kwam ging hij 2 April 1818 boelhuis houden, waarbij een partij hooi en boerengereedschap, alsook 17 koeien, 2 pinken, een paard en twee klampen hooi in publieke veiling werden gebracht. De opbrengst was fl. 1740,18.
In het archief der gemeente Landsmeer trof ik een vermelding aan dat Jacob Vennik, gewezen korenmolenaar en nu watermolenaar aan Cadoelen de molen "het Haasje" heeft doen verbouwen, zodat deze nu niet alleen water maar ook koren kan malen. Hendrik Meerburg, molenaar te Nieuwendam heeft hiertegen bezwaren ingebracht, maar werd blijkens een bericht van April 1818 in het ongelijk gesteld bij besluit van de Staatsraad-Gouverneur.
Volgens een acte van 2 Januari 1822 gepasseerd voor de notaris J.H. van Meekeren te Nieuwendam werd de Wilmckebreek met de achtkante watermolen door de erfgenamen van Jacob Vennik, te weten Pieter Vennik koopman te Landsmeer en Dirk de Graaf, timmerman te Oostzaan, die gehuwd was met Antje Vennik, verkocht aan Gerrit Pietersz. Meijssen te Landsmeer voor fl. 3750,-.
|
Stamboom Vennik
1770 - 1818 (48 jaar)
: Adres
: Locatie
: Stad/Dorp
: Gemeente/Graafschap
: Staat/Provincie
: Land
: Nog niet ingesteld